Begin deze week heeft de federale regering haar meerjarenbegroting voorgesteld. De voorgestelde maatregelen hebben ongetwijfeld een impact op jou als financieel tussenpersoon. We vatten enkele opmerkelijke aandachtspunten samen die een invloed kunnen hebben op jouw dagelijkse werking.
Verhoging van de diverse taksen
Hoewel de regering vooraf aangaf dat haar focus op besparingen zou liggen, lezen we toch tal van belastingverhogingen in het begrotingsakkoord.
Zo zal de verzekeringstaks van 9,25% naar 9,6% stijgen. Een verhoging die uiteindelijk door de verzekeringsnemer gedragen zal worden. Assuralia heeft in een persbericht reeds haar teleurstelling geuit over deze passage in het begrotingsakkoord. Ze vreest dat dit de drempel voor gezinnen om zich adequaat te verzekeren, zal verhogen.
Ook de taks op effectenrekening stijgt van 0,15% naar 0,30%. Dit treft niet alleen jouw klanten met een groot vermogen, maar ook de kleinere klanten die een tak 23-verzekering hebben. Het is immers de verzekeraar die belast wordt op het totaal vermogen binnen een tak 23-fonds, ook al is die samengesteld uit het vermogen van diverse (kleine) klanten.
Andere bijkomende taksen: een nieuwe bankentaks, een pakjestaks en een vliegtaks.
Over de concrete uitwerking van deze taksen is nog geen informatie beschikbaar. We communiceren hierover zodra er meer informatie bekend is.
Een centenindex
In 2026 en 2028 zal de loonindexering op het gedeelte van de lonen boven de 4.000 euro bruto beperkt worden tot een centenindex. Dit levert jou als werkgever een besparing op, al zal je de helft moeten doorstorten naar de staatskas.
Hoewel dit een eenvoudige ingreep lijkt te zijn, zal veel afhangen van de concrete uitwerking. De regels over het tijdstip van de indexering verschillen namelijk per sector. Een groot deel van de bedienden die ressorteren onder PC 200 en PC 341 zien hun loon jaarlijks geïndexeerd worden in januari. Voor PC 307 liggen de regels anders en wordt gekeken naar het moment waarop de spilindex overschreden wordt. Dat zal – volgens prognoses – iets later in 2026 plaatsvinden.
De kans is groot dat de wetteksten niet gestemd raken voor januari 2026. Dat zou betekenen dat de beperking van de indexering tot een brutoloon van 4.000 geen invloed zou hebben op de geplande indexering in januari. We volgen dit voor jou op.
Flexibiliteit op de arbeidsmarkt
Er komt een uniforme regeling waarbij 360 vrijwillige overuren kunnen worden gepresteerd. 240 uren daarvan kunnen gepresteerd worden zonder overloontoeslag. Op deze overuren zijn geen sociale bijdragen of personenbelasting verschuldigd.
Ook de flexijobs werden uitgebreid naar alle sectoren. Er werd wel voorzien dat er in het paritair comité voor een opt-out kan worden gekozen. Hoe dit concreet zal worden geregeld in jouw sector zal later nader toegelicht worden. Ook hier wachten we tot één en ander geconcretiseerd wordt.
Tot slot wijzigt ook de regeling inzake de opzegtermijn. Voor contracten die ingaan vanaf 1 januari 2026 zal de opzegtermijn bij ontslag door de werkgever beperkt worden tot maximaal 52 weken. Merk op dat dit enkel geldt voor nieuwe contracten. Voor bestaande arbeidsovereenkomsten verandert er niets.
Strijd tegen de vervennootschappelijking
Om te voorkomen dat te veel Belgen de stap naar ‘de managementvennootschap’ zouden zetten, werden enkele zaken minder aantrekkelijk gemaakt.
De regering heeft nu beslist om een minder gunstig regime toe te kennen aan de uitkering van dividenden. Ongeacht de manier waarop (liquiditeitsreserve of het VVPRbis-stelsel), zal het tarief van de roerende voorheffing stijgen van 15% naar 18%.
Ook wil de regering een einde stellen aan de praktijk waarbij bedrijfsleiders binnen een vennootschap zichzelf een laag loon uitkeren om op die manier in aanmerking te komen voor tal van sociale voordelen. De regering heeft nu afgesproken dat bij het aanvragen van sociale voordelen ook de roerende inkomsten moeten worden aangegeven. Ook hier tasten we nog in het duister hoe dit concreet zal worden aangepakt.
***
Zoals je kan lezen, is het ook voor ons nog niet duidelijk hoe tal van maatregelen in de praktijk zullen worden uitgewerkt. Zodra één en ander in wetteksten gegoten wordt, zullen we jou daar zeker over inlichten.
Daarnaast houden we als beroepsvereniging ook de vinger aan de pols. Enerzijds door zelf actief contact op te nemen met de bevoegde kabinetten en onze eisen voor te leggen, anderzijds werken we vanuit BZB-Fedafin actief samen met organisaties als Unizo en UCM. Op die manier creëren we een voldoende groot draagvlak om onze stem te laten horen. Wordt ongetwijfeld vervolgd.
Begroting 2025